Hoe werkt het Amerikaanse verkiezingssysteem?
Inleiding
Aan de Amerikaanse verkiezingen wordt altijd wereldwijd veel aandacht besteed. Dit omdat de VS een van de machtigste landen ter wereld is. Maar hoe werkt het verkiezingssysteem in Amerika nou precies en hoe worden de kandidaat-presidenten uitgekozen?
Stappen
De eisen kandidaat-president:
· Een kandidaat-president van de VS moet volgens de grondwet van de VS minimaal 35 jaar oud zijn.
· Van nature Amerikaans staatsburger zijn.· Een kandidaat-president van de VS moet volgens de grondwet van de VS minimaal 35 jaar oud zijn.
· Minstens 14 jaar in de Verenigde Staten hebben gewoond.
· In de VS geboren moet zijn.
Vaak is de bestuurlijke ervaring van een presidentskandidaat minder belangrijk dan de mate waarin hij overkomt als een krachtige en betrouwbare leider. Ook de vicepresidentskandidaat moet aan deze eisen voldoen, omdat hij/zij kandidaat is om de eerste te zijn in lijn van opvolging van de president. Om kans te maken op het presidentschap en genomineerd te worden door een serieuze partij is het praktisch om over veel geld, politieke connecties en vrienden te beschikken.
De verkiezing
• De 50 staten van de VS wijzen kiesmannen aan; zij vormen samen het electorale college. Iedere staat mag zelf beslissen hoe de kiesmannen aangewezen worden. Elke staat wijst een kiesman aan voor iedere senator of afgevaardigde die de staat vertegenwoordigt in het Amerikaans congres.
• Het electorale college van iedere staat komt samen. Zij krijgen dan een lijst overhandigd van kandidaten voor het presidentschap en vicepresidentschap in die staat (een persoon hoeft niet in iedere staat kandidaat te zijn). Op de lijst die zij gepresenteerd krijgen, moet tenminste één persoon voorkomen die niet in dezelfde staat woont als de kiesmannen van die staat. De kiesmannen brengen ieder twee stemmen uit op kandidaten van de lijst, een voor president en een voor vicepresident.
• De stemmen voor de president en vicepresident worden geteld en er worden lijsten met de twee uitslagen gemaakt: alle personen die stemmen hebben gekregen voor een post worden opgeschreven op de lijst voor die post, samen met het aantal stemmen dat iedere persoon kreeg. Deze lijsten worden getekend en gecertificeerd, verzegeld en verzonden naar de regeringszetel (Washington D.C.); de enveloppen zijn geadresseerd aan de President van de Senaat (dat is vrijwel altijd de zittende vicepresident).
• Na ontvangst van alle enveloppen, opent de President van de Senaat de enveloppen in een verenigde zitting van de Senaat en het Huis van Afgevaardigden. Alle stemmen per kandidaat per post worden geteld.
• Het electorale college van iedere staat komt samen. Zij krijgen dan een lijst overhandigd van kandidaten voor het presidentschap en vicepresidentschap in die staat (een persoon hoeft niet in iedere staat kandidaat te zijn). Op de lijst die zij gepresenteerd krijgen, moet tenminste één persoon voorkomen die niet in dezelfde staat woont als de kiesmannen van die staat. De kiesmannen brengen ieder twee stemmen uit op kandidaten van de lijst, een voor president en een voor vicepresident.
• De stemmen voor de president en vicepresident worden geteld en er worden lijsten met de twee uitslagen gemaakt: alle personen die stemmen hebben gekregen voor een post worden opgeschreven op de lijst voor die post, samen met het aantal stemmen dat iedere persoon kreeg. Deze lijsten worden getekend en gecertificeerd, verzegeld en verzonden naar de regeringszetel (Washington D.C.); de enveloppen zijn geadresseerd aan de President van de Senaat (dat is vrijwel altijd de zittende vicepresident).
• Na ontvangst van alle enveloppen, opent de President van de Senaat de enveloppen in een verenigde zitting van de Senaat en het Huis van Afgevaardigden. Alle stemmen per kandidaat per post worden geteld.
De uitslag
• Als één kandidaat een meerderheid van de electorale stemmen voor het presidentschap krijgt, is hij president. Het is dus niet zo dat de meeste stemmen tellen: om te winnen moet een kandidaat meer dan de helft van de electorale stemmen krijgen.
• Heeft geen kandidaat een meerderheid van de electorale stemmen voor president, dan gaan de drie kandidaten met de meeste stemmen door naar de "volgende ronde". Deze ronde wordt onmiddellijk gehouden en bestaat eruit dat het Huis van Afgevaardigden per staat stemt om de president te kiezen uit de (maximaal) drie overgebleven kandidaten. Dat wil zeggen: alle afgevaardigden van een staat mogen samen één stem uitbrengen op een kandidaat. Lukt het ze niet om zo voor de eerstvolgende 4e maart een president te kiezen, dan wordt de zittende vicepresident tijdelijk president (de zittende president moet aftreden).
• Heeft geen kandidaat een meerderheid van de electorale stemmen voor president, dan gaan de drie kandidaten met de meeste stemmen door naar de "volgende ronde". Deze ronde wordt onmiddellijk gehouden en bestaat eruit dat het Huis van Afgevaardigden per staat stemt om de president te kiezen uit de (maximaal) drie overgebleven kandidaten. Dat wil zeggen: alle afgevaardigden van een staat mogen samen één stem uitbrengen op een kandidaat. Lukt het ze niet om zo voor de eerstvolgende 4e maart een president te kiezen, dan wordt de zittende vicepresident tijdelijk president (de zittende president moet aftreden).
De Nederlandse verkiezingen
Om verkozen te worden in de Tweede Kamer moet men zich verkiesbaar stellen. Meestal gebeurt dit via een politieke partij, maar het is ook mogelijk om individueel verkiesbaar te zijn. Het registreren van een officiële partij is wel noodzakelijk om deze naam op het verkiezingsbiljet te krijgen. Wanneer men zich niet registreert, komt daar enkel het lijstnummer te staan. De Kiesraad organiseert de landelijke en Europese verkiezingen. Ook beheert en regelt de kiesraad de aanmeldingen van de registraties. Het verkiesbaar stellen voor de Tweede Kamer vindt plaats per kieskring. Nederland heeft 20 kieskringen. Voor elke kieskring kan een andere lijst worden ingeleverd, maar meestal is het grootste deel van de lijst voor elke kieskring identiek. Wanneer een partij nog niet is verkozen, zijn voor het deelnemen in een kieskring ondersteuningsverklaringen vereist van 30 kiezers uit de betreffende kieskring. Ondersteuningsverklaringen van kandidaten tellen ook mee, maar alleen in hun eigen kieskring.
Organisatie
Verkiezingen in Nederland worden georganiseerd door de afdeling burgerzaken van de gemeente. Zij zijn diegene die via de GBA (gemeentelijke basis administratie) kunnen zien wie waar ingeschreven is. De peildatum is 43 dagen voor de verkiezing = dag kandidaatstelling. Iedereen die op die datum ingeschreven is in de GBA krijgt een stempas op dat adres. Dit betekent dat mensen die tussen die datum en de dag van de verkiezing verhuizen de stempas op het oude adres krijgen. De afdeling burgerzaken (in grote gemeenten ook Bureau Verkiezingen als onderdeel daarvan) is ook verantwoordelijk voor de opleiding en benoeming van de stembureauleden, het controleren van de door de stembureaus aangeleverde gegevens (zijn er evenveel stemmen uitgebracht als stempassen ingenomen) en het doorgeven van de uitslag aan het hoofdstembureau. Het is volgens de kieswet niet de bedoeling dat ze zich bezighouden met het tellen van de stemmen want daar is het stembureau als openbaar lichaam zelf verantwoordelijk voor. Sinds het afschaffen van de stemcomputers zijn de meeste afdelingen burgerzaken minstens tot na twee uur 's nachts bezig met het verwerken van de gegevens, waarna het hoofdstembureau van het desbetreffende district de dag erna de bescheiden controleert en in ontvangst neemt en weer een dag later naar de kiesraad in Den Haag brengt.
Om verkozen te worden in de Tweede Kamer moet men zich verkiesbaar stellen. Meestal gebeurt dit via een politieke partij, maar het is ook mogelijk om individueel verkiesbaar te zijn. Het registreren van een officiële partij is wel noodzakelijk om deze naam op het verkiezingsbiljet te krijgen. Wanneer men zich niet registreert, komt daar enkel het lijstnummer te staan. De Kiesraad organiseert de landelijke en Europese verkiezingen. Ook beheert en regelt de kiesraad de aanmeldingen van de registraties. Het verkiesbaar stellen voor de Tweede Kamer vindt plaats per kieskring. Nederland heeft 20 kieskringen. Voor elke kieskring kan een andere lijst worden ingeleverd, maar meestal is het grootste deel van de lijst voor elke kieskring identiek. Wanneer een partij nog niet is verkozen, zijn voor het deelnemen in een kieskring ondersteuningsverklaringen vereist van 30 kiezers uit de betreffende kieskring. Ondersteuningsverklaringen van kandidaten tellen ook mee, maar alleen in hun eigen kieskring.
Organisatie
Verkiezingen in Nederland worden georganiseerd door de afdeling burgerzaken van de gemeente. Zij zijn diegene die via de GBA (gemeentelijke basis administratie) kunnen zien wie waar ingeschreven is. De peildatum is 43 dagen voor de verkiezing = dag kandidaatstelling. Iedereen die op die datum ingeschreven is in de GBA krijgt een stempas op dat adres. Dit betekent dat mensen die tussen die datum en de dag van de verkiezing verhuizen de stempas op het oude adres krijgen. De afdeling burgerzaken (in grote gemeenten ook Bureau Verkiezingen als onderdeel daarvan) is ook verantwoordelijk voor de opleiding en benoeming van de stembureauleden, het controleren van de door de stembureaus aangeleverde gegevens (zijn er evenveel stemmen uitgebracht als stempassen ingenomen) en het doorgeven van de uitslag aan het hoofdstembureau. Het is volgens de kieswet niet de bedoeling dat ze zich bezighouden met het tellen van de stemmen want daar is het stembureau als openbaar lichaam zelf verantwoordelijk voor. Sinds het afschaffen van de stemcomputers zijn de meeste afdelingen burgerzaken minstens tot na twee uur 's nachts bezig met het verwerken van de gegevens, waarna het hoofdstembureau van het desbetreffende district de dag erna de bescheiden controleert en in ontvangst neemt en weer een dag later naar de kiesraad in Den Haag brengt.
Datum
Verkiezingen voor de Tweede Kamer vinden volgens de Kieswet in principe elke vier jaar plaats, in maart. Als er in dat jaar al verkiezingen worden gehouden voor de gemeenteraad of voor Provinciale Staten, worden de Tweede Kamerverkiezingen gehouden in mei. Soms kan er besloten worden om vervroegde verkiezingen te houden. Dat gebeurt onder andere wanneer er een kabinet valt. Deze verkiezingen kunnen in elke maand gehouden worden. De verkiezingen volgend op deze vervroegde verkiezingen vinden dan weer plaats in de maand maart of mei, 4 jaar en een aantal maanden later. Een uitzondering hierop zijn vervroegde verkiezingen in maart of april. De zittingstermijn wordt dan juist iets verkort, tot 3 jaar en ongeveer 11 maanden. De kiesdeler is in Nederland het aantal stemmen dat een partij moet behalen om een zetel in de Tweede Kamer te verkrijgen. De kiesdeler wordt berekend door het totale aantal uitgebrachte geldige stemmen te delen door het aantal Kamerzetels.
Een stemkast
Na het tellen van de stemmen en het toewijzen van evenveel zetels aan elke lijst als het aantal malen dat die lijst de kiesdeler heeft behaald, worden de restzetels over de lijsten verdeeld volgens het stelsel van grootste gemiddelden. Zouden aan een lijst meer zetels moeten worden toegewezen dan er kandidaten zijn, dan worden de zetels die 'te veel' zijn door voortgezette toepassing van het stelsel van grootste gemiddelden aan een andere lijst toegewezen. Binnen een lijst worden de zetels eerst toegekend aan de kandidaten die meer stemmen hebben ontvangen dan 25% van de kiesdeler (voor zover de lijst voldoende zetels toegewezen heeft gekregen), in de volgorde van de aantallen aan hen toegekende stemmen. Resteren dan nog zetels, dan worden deze toegewezen in de volgorde van de kieslijst. Bij de verdeling van restzetels zijn de grote partijen in het voordeel. Partijen kunnen echter hun kansen vergroten door lijstverbindingen aan te gaan.